Frans Feldberg is hoogleraar Data-Driven Business Innovation aan de School of Business and Economics (SBE) van de Vrije Universiteit Amsterdam en opleidingsdirecteur Business Analytics/Data Science en Datagedreven Sturing in de Publieke Sector. Hij is tevens mede-oprichter en directeur van het Amsterdam Center for Business Analytics. Hij vertelt meer over de opleiding die speciaal is ontwikkeld voor Breinstein, een afgeleide van de postgraduate opleiding Business Analytics/Data Science van de VU.
Kunt u eerst wat meer over uzelf vertellen?
“Ik ben hoogleraar Data-Driven Business Innovation aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Na mijn studies Informatica en Bedrijfskunde ben ik in de consultancy werkzaam geweest, ook als ondernemer. In deze tijd parttime verbonden gebleven met de VU om uiteindelijk in 2003 te kiezen voor een wetenschappelijke carrière, die startte met een promotiestudie op het raakvlak tussen informatica, bedrijfskunde, cognitieve psychologie en behavioral decision making. Mijn onderzoek richt zich op het beantwoorden van de vraag: wat is de invloed van de gigantische hoeveelheden data en de exponentieel groeiende rekenkracht van computers (de basis voor kunstmatige intelligentie) voor organisaties? Welke kansen en bedreigingen zijn er, en hoe kunnen we ons businessmodel hierop aanpassen, vernieuwen? Voor dit onderzoek werk ik nauw samen met veel organisaties, zowel in de private als publieke sector. Omdat ik het geweldig vind om wetenschappelijk onderzoek en onderwijs te verbinden met de uitdagingen waar de samenleving voor staat ben ik in 2019 benoemd tot ‘associate dean for business and public engagement’ aan de School of Business and Economics
Ik begreep dat u ook veel ervaring heeft aan de ‘business-kant’?
“Dat klopt. Ik ben een ondernemende wetenschapper. Ik ben zelf ook ondernemers geweest: als business consultant heb ik ruime ervaring opgedaan met de ontwikkeling en implementatie van datagedreven bedrijfsmodellen voor nationale en internationale ondernemingen. In mijn rol als hoogleraar ben ik altijd op zoek naar hoe we als universiteit op een ondernemende manier de verbinding kunnen zoeken met de samenleving. Ik ben bijvoorbeeld mede-oprichter van Data Science Alkmaar, een regionaal kennis- en innovatieplatform op het gebied van (big) data en kunstmatige intelligentie. De gemeente Alkmaar, de VU en lokale overheid en bedrijfsleven werken hierin intensief samen, met als doel het stimuleren van regionale economische groei en ontwikkeling. Hier ken ik Breinstein ook van: Breinstein is business partner van Data Science Alkmaar.”
Dat lijkt me alles bij elkaar meer dan een fulltime baan. Hoe maakt u ook nog tijd vrij voor het programma van Breinstein en wat is uw rol hierin precies?
“Mijn werk biedt zoveel mogelijkheden om je passie te volgen dat ik het niet als werk ervaar. Dat is overigens ook een belangrijke tip die ik young professionals probeer mee te geven: ‘Don’t ask what the world needs, ask what makes you come alive and go do it’. Dit is een quote van auteur, filosoof, theoloog en burgerrechtenactivist Howard Thurman. Vrij vertaald betekent het zoiets als: ‘Kijk waar je passie ligt en kijk hoe je vanuit je hart een bijdrage kunt leveren aan oplossingen voor grote uitdagingen waar de samenleving en organisaties voor staan. Maak je overigens geen zorgen, mijn passie ligt niet alleen in mijn werk, mijn dierbaren en vrienden hebben de hoogste prioriteit.”
Kunt u wat meer vertellen over het programma?
“We zijn in 2016 gestart met ons programma voor Breinstein. Als VU zorgen wij ervoor dat de vakinhoudelijke elementen op het gebied van data analytics op basis van de meest actuele wetenschappelijke inzichten worden geborgd. Onze insteek is heel duidelijk multidisciplinair, waarin wij het informatica-perspectief, het bedrijfskundig-perspectief en het modelmatig-perspectief (wiskunde) verbinden. Wij behandelen dit in relatie tot elkaar en kunnen hierbij bouwen op onze ruim 30-jarige ervaring met data analytics-programma’s. Voor de exacte ins & outs moet je bij mijn collega Marijn Plomp zijn (zie dit interview).”
Wat is jouw rol binnen het programma?
“Ik geef zelf de module Data Driven Business Model Innovation. Daarin gaan we aan de slag met een toolkit om samen met organisaties innovatieve datagedreven businessmodellen te ontwikkelen. Veel organisaties stoeien met dit vraagstuk. We proberen het gereedschap aan te reiken om de ambities van organisaties om te zetten in concrete datagedreven diensten en producten. Dit is een module met een stevig theoretisch fundament, maar er is een hele duidelijke praktische inslag. In deze module bieden we ook de handvatten voor het ontwikkelen van een gedeeld referentiekader – een gemeenschappelijke taal die essentieel is om elkaar te begrijpen binnen de organisatie. Het gezamenlijk ontwikkelen van het verhaal rondom data en analytics. We kijken niet alleen hoe je data kunt gebruiken om bestaande besluitvorming binnen de organisatie te verbeteren, maar juist ook hoe je kunt innoveren met data en analytics.”
Wat vindt u van het niveau van de young professionals van Breinstein?
“Het valt mij op dat het niveau altijd hoog is. De groep is ook altijd heel erg eager om kennis tot zich te nemen. Je hoeft ze eigenlijk alleen maar de stof aan te reiken. Ze hunkeren om meteen met de lesstof aan de slag te gaan en deze te vertalen naar praktische toepassingen. Hierdoor kunnen ze heel snel meepraten en meedenken in organisaties. Het is ook een hele diverse groep met uiteenlopende achtergronden. Juist die variatie in de groep is hun kracht. Het programma is multidisciplinair en daardoor kunnen de young professionals van elkaar leren. Mijn vak is gebaseerd op het in teams werken aan proposities.”
De ontwikkelingen in jouw vakgebied gaan razendsnel. Betekent dat dat jullie het programma continue aanpassen?
“Dat is een interessante vraag. Want goede theorieën zijn vrij duurzaam over de tijd. Mijn adagium is ook: er is niets zo praktisch als een goede theorie. Wij kiezen een aantal basistheorieën om datgene wat er gebeurt in het data analytics veld te kunnen begrijpen en verklaren. Maar die plaatsen we voortdurend in de relevante context. Kijk, als jij in een vliegtuig stapt, denk je ook niet: ‘Goh, vliegen heeft iets met zwaartekracht te maken, dat is een theorie van Newton, maar die is al meer dan 300 jaar oud, dat zal wel niet meer kloppen: ik verlaat het vliegtuig. Die theorie is nog steeds van toepassing. Destijds had het met een appel te maken, nu met een vliegtuig en morgen met een spaceshuttle of een of ander hightech-voertuig van Elon Musk.
Wij proberen young professionals de handvatten aan te reiken – plus de manier van denken – om zelfstandig en kritisch aan de slag te gaan met kennis, vooral ook door de hypes heen te kunnen kijken. Hierdoor kunnen ze nieuwe technologieën die op ze afkomen vertalen naar wat organisaties ermee kunnen of moeten.”
Hoe kunnen organisaties meer waarde creëren uit data en analytics? En welke rol kunnen young professionals hierbij spelen?
“Zij zijn het verbindende element binnen organisaties tussen de data en business professionals. Zij verbinden de techniek met de organisatie.”
Wat vind jij het leukste aan je werk?
“Dat mensen een transformatie doormaken. In het begin zijn ze nog heel erg aan het zoeken naar wat data analytics precies zijn, maar aan het eind is het concreet voor ze geworden en hebben ze een toolkit om het te gaan toepassen binnen organisaties. Dan is alles op zijn plek gevallen. Je ziet de passie soms ontluiken waar je bijstaat. Geweldig!”